Tim Kurvers (40) is trainer van JO10-5, het team van zijn zoon Alexander en helpt bij MO13-2, waarin zijn dochter Isabelle speelt. “Ik heb zelf lang op goed niveau gevoetbald. In de jeugd altijd op divisie-niveau bij Barendrecht, daar zaten alleen de BVO’s nog boven. In de senioren heb ik vooral in het eerste van IJVV De Zwervers gevoetbald. Ik heb daar kampioenschappen en degradaties meegemaakt. Ik heb net te lang met blessures en pijnstillers doorgespeeld. Ik ben onlangs veertig geworden en de slijtage uit die periode zit er wel op ja.”
“Mijn vrouw Nathalie heeft me meegenomen naar Nieuwerkerk, dus toen Alexander ging voetballen bij de ukkies bij trainer Wout ben ik begonnen met helpen als trainer. Ik kende Wout nog uit het verleden, dus dat klikte meteen goed. Ik vond het geweldig om weer op het voetbalveld te staan. Er zijn toch wel dingen positief veranderd in de voetbalcultuur. Spelvormen zijn natuurlijk anders en ik moet wel wennen dat er geen stand meer wordt bijgehouden, maar voor de kinderen is het wel goed. Iedereen is op en rond het veld positiever naar elkaar dan vroeger. Ook zie ik nu overal meiden en vrouwen voetballen, dat was op deze massale wijze tien jaar geleden ondenkbaar. Een fantastische ontwikkeling waar we blij mee mogen zijn. Mijn dochter is pas gaan voetballen en dat is voor iedereen nu normaal.”
“Ik realiseer me dat ik in mijn voetbalcarrière verwend was. Ik speelde altijd in selecties en alles was altijd geregeld voor het team. Nu moet ik wat meer achter dingen aan, eigenlijk doe ik nu wat andere leden vroeger voor het selectieteam deden. Want niks gaat vanzelf. Op woensdag hebben we een gedeelde training met vijf JO10-teams. Als je dan uit alle ouders, opa’s en oma’s van de jongens regelmatig niet tot vier begeleiders van trainingen komt, dan kan ik me wel verbazen. Het begint met willen helpen. Als mensen hun telefoon vaker wegleggen, kunnen ze veel mensen helpen. Je kunt echt wat voor de jongens en meiden betekenen en het is ontzettend dankbaar om te doen. Daarnaast vind ik het leerzaam voor mijzelf.
“Zowel het dorp als de club Nieuwerkerk vind ik erg mooie faciliteiten hebben. Dat is niet vanzelfsprekend. Vroeger kon je je niet voorstellen dat JO10-5 en MO13-2 beiden ruimte hadden om twee keer per week te trainen bijvoorbeeld. Natuurlijk kunnen onderdelen nog beter en dat kunnen we vooral met elkaar voor elkaar krijgen.”
“Ik hoop nog lang wat voor de club te betekenen. Nu loopt mijn rol mee met die van mijn kinderen, maar soms stel ik me wel de vraag wat ik zou doen als zij stoppen. Dat kriebelt wel, dan zou ik waarschijnlijk wel doorgaan en een ander team gaan trainen. Ik heb al eens een vraag gesteld over trainersopleidingen in de organisatie maar nooit antwoord gekregen. Misschien moet ik daar nog eens achteraan.”